Advies TAPP aan 2e Kamer over dierwaardige veehouderij - Duits financieringsmodel

Vanwege het debat in de Tweede Kamer op 4 maart over een dierwaardige veehouderij naar aanleiding van het gelijknamige convenant, een kamerbrief en een ronde tafel overleg hierover 29 februari in het Parlement, heeft TAPP Coalitie een brief verstuurd aan de leden van de LNV Commissie. Hieronder is de brief integraal te lezen. Het advies is de Duitse landbouw minister te volgen en ook in Nederland een zeer bescheiden dierwelzijnsheffing van een paar eurocent in te voeren op melk, eieren, vlees en kaas. Dat levert de miljarden euro's op die veehouders nodig hebben om te kunnen investeren in een beter dierenwelzijn zoals besproken is in het convenant waar in Nederland al een jaar over gesproken is. 

Ook zijn twee bijlagen verstuurd: een opinie artikel in vakblad de Boerderij en een notitie die is opgesteld n.a.v. het verzoek aan TAPP Coalitie om input te leveren in de bijeenkomst van het Convenant Dierwaardige Veehouderij over 'verdienmodellen'. Voor TAPP Coalitie is dierenwelzijn van groot belang. We schreven recent hierover een inhoudelijke achtergrond pagina over dierenwelzijn en het belang van beprijzing. 

Veel organisaties spannen zich eveneens in voor een dierwaardige veehouderij op elk hun eigen wijze. Diverse organisaties zijn gevraagd in het Ronde Tafel overleg hun inbreng te delen, zoals dierenwelzijns- en landbouw organisaties, zie diverse Position Papers

Geachte leden van de Tweede Kamer, 

Is een dierwaardige veehouderij in Nederland het u waard dat consumenten er 2 cent per ei extra voor gaan betalen, 5 eurocent per pak melk/yoghurt, 50 cent per pond kaas, 4 cent per 100 gram kip, 15 cent per 100 gram varkensvlees en 22 eurocent per 100 gram rundvlees? U kunt de regie hierover nemen en de regering vragen een fiscale regeling te ontwerpen die jaarlijks 1,2 miljard euro oplevert om vervolgens uit te keren aan dierwaardige veehouders die bijvoorbeeld stallen aanpassen. Zo kan ook onze export van vlees, zuivel en eieren dierwaardig worden, een enorm concurrentie voordeel op de belangrijkste afzetmarkt in Duitsland waar 'Tierwohl' hot is. 

A.s. donderdag vindt de Ronde Tafel plaats over dierwaardige veehouderij en 4 maart het debat. TAPP Coalitie is uitgenodigd bij het convenant dierwaardige veehouderij bij de tafel over verdienmodellen en wil graag onze bijdrage hierover ook delen met u (zie bijlage rapport), ook omdat wij een verbindende partij zijn tussen veehouders en ngo's, met kennis van zaken. Graag delen wij ook ons opinie artikel dat de Boerderij 14 februari plaatste over de 'Duitse' variant om via een paar eurocent per ei, pak melk of 100 gram vlees veehouders substantieel te helpen de dierwaardige veehouderij in te voeren en de kosten van 1,2 miljard euro per jaar volledig via de overheid te vergoeden.

De 2e kamer heeft 3 opties in het debat over dierenwelzijn in de veehouderij:

1. dierwelzijns regels verhogen, veehouders zoeken het maar uit of ze dit financieel wel kunnen bijbenen.

2. voorstel Adema: zwakke dierwelzijns verbeteringen via AMBV, de dieren zoeken het maar uit; voor 10% van de veehouders die aan Nederlandse supermarkten leveren komt er misschien een iets hogere dierwelzijns premie.

3. compromis: ALLE veehouderijdieren en ALLE veehouders worden geholpen als het parlement zelf regie voert en eist dat veehouders financieel gesteund worden bij invoering van hogere dierwelzijnseisen via een 'dierenwelzijnsheffing' van een paar euro cent per product, dat jaarlijks 1,2 miljard euro oplevert voor dierwaardige veehouders. Als we dit sneller doen dan Duitsland (waar alleen de Minister van Financiën nog dwars ligt) krijgt Nederland een export voordeel naar dit voor Nederlandse veehouders zo belangrijke export land.

Dit sluit ook aan bij de toekomstvisie van LTO-Nederland, zie hieronder. 

Heffing niet uitsluiten (uit LTO Nederland, Toekomstvisie 2030, p. 14):

https://www.lto.nl/wp-content/uploads/2022/05/LTO-Nederland-Manifest-2022-Persbericht.pdf

“Er moeten resultaten worden gehaald. De tijd van zelfregulering of hopen op de goede intenties van keten en consument kan op een gegeven moment voorbij zijn. In 2025 wil LTO Nederland een brede evaluatie op de behaalde doelen in het verdisconteren van inspanningen van boeren en tuinders in de prijs die ze daarvoor krijgen. Blijft het resultaat hiervan in 2025 achter bij de gestelde KPI’s, dan is een regulerende heffing op producten wat LTO betreft nodig. Daarin worden de onbeprijsde nadelige effecten van een product fiscaal geheven in een ‘eco-taks’. Cruciaal is dat de geheven middelen ten bate komen voor de transitie in de land- en tuinbouw; ‘terugsluizen’ is cruciaal. Zo worden de gewenste transitie en benodigde investeringen ondersteund. Dat vergt een 
nauwe samenwerking tussen overheid en sector”.

Het invoeren van een minieme dierenwelzijns 'heffing' van een paar eurocent per 100 gram vlees of per ei of pak melk, met terugsluis van de heffingsopbrengst naar veehouders die dierwaardig (gaan) produceren, helpt ook bij de recent aangenomen motie om ‘de bio-industrie op zo kort mogelijke termijn uit te faseren en over te gaan tot een dierwaardige veehouderij met als basis het familiebedrijf’.

Opinie artikel in de Boerderij: 

Een ‘Dierenwelzijnscent’ zou wel eens een goede manier kunnen zijn om de kosten die een dierwaardige veehouderij met zich meebrengen, door te vertalen naar de consument. Dat stelt Jeroom Remmers, directeur TAPP Coalitie.
Op 29 februari vindt een ronde tafelbijeenkomst plaats in de Tweede Kamer. Deze bijeenkomt gaat over hoe het nu verder moet met het convenant dierwaardige veehouderij en de dierenwelzijnsmaatregelen die 1 juli ingaan zonder nadere afspraken over het thema. Op 4 maart vergadert de Tweede Kamer over hoe het nu verder moet.

Interessant is om de blik naar buiten te richten op hoe onze oosterburen de problematiek willen aanpakken. Een week geleden liet de Duitse landbouwminister weten een uitgewerkt voorstel te hebben voorgelegd voor besluitvorming in de regering. Het gaat naar verwachting om invoeren van een ‘Dierenwelzijnscent’, een verbruiksbelasting van € 0,40 per kilo vlees, € 0,02 per liter melk en per ei en € 0,15 per kilo boter en kaas. Dat moet ongeveer € 5 miljard per jaar opleveren voor dierenwelzijnsverbeteringen bij veehouders in Duitsland.

Berekeningen uit houtskoolschets
In Nederland is er in het kader van het convenant dierwaardige veehouderij een rekensom gemaakt op basis van de plannen in de houtskoolschets. Berekend is wat de meerkosten in Nederland zijn voor een dierwaardiger bestaan met meer leefruimte, omgevingsverrijking en onbeperkt drinken en eten. Dit zorgt voor een kostprijsverhoging van zo’n 15% voor de varkens- en melkveehouderij en 6% voor de pluimveehouderij. Los van de eenmalige investeringskosten van circa € 5 miljard (waar de overheid flink in bij zou moeten dragen) is er daarna jaarlijks € 1,1 miljard tot € 1,3 miljard nodig is voor de dierenwelzijnsplannen uit de houtskoolschets.

Stel, je gaat dit financieren zoals ze het in Duitsland willen doen, via een verbruiksbelasting op grondslag van dierenwelzijn op basis van de berekeningen uit de houtskoolschets. Op welke meerprijs kom je dan uit die consumenten in de supermarkt of de horeca extra zouden moeten betalen? Even op de achterkant van een bierviltje van cijfers, maar zo kom je precies uit op € 1,2 miljard per jaar.

€ 196 miljoen per jaar inkomsten
Dit kan vergoed worden via bijvoorbeeld € 0,02 per ei (levert € 68 miljoen op; bij 3,4 miljard eieren per jaar gegeten) en € 1 per kilo kaas (totaal levert dat € 385 miljoen per jaar op bij 22 kilo kaas per jaar per persoon is 385 miljoen kilo per jaar) en € 0,05 per liter melk (€ 35 miljoen per jaar bij 40 liter melk per persoon per jaar is 0,7 miljard liter per jaar).

We aten 11,5 kilo kip per jaar per persoon in supermarkten/horeca, dus 201 miljoen kilo per jaar totaal. Kip kost gemiddeld € 7 per kilo dus bij 6% prijsverhoging komt er € 0,42 per kilo bij x 201 miljoen kilo is € 84 miljoen. Voor varkensvlees is het plaatje: we aten 18,5 kilo varkensvlees per jaar x 17,5 miljoen inwoners, dus 323 miljoen kilo per jaar. Bij een gemiddelde prijs van € 10 euro per kilo en een prijsstijging van 15% is de benodigde meerprijs circa € 1,50 per kilo x 323 miljoen kilo is € 484 miljoen. Voor rundvlees is het maar 8 kilo per persoon per jaar, gemiddelde prijs € 15 per kilo en prijsverhoging 15%: dus € 2,25 per kilo duurder. 87 miljoen kilo rundvleesconsumptie per jaar is € 196 miljoen per jaar inkomsten.

Burger betaalt mee
Totaal levert de prijsverhoging/belasting per kilo vlees, kaas en melk op: € 68 miljoen + € 385 miljoen + € 35 miljoen + € 84 miljoen + € 484 miljoen + € 196 miljoen is € 1,25 miljard, ongeveer wat je nodig hebt per jaar. Kalfs-, schapen- en geitenvlees laten we even weg, omdat het niet zo veel betreft. Maar je zou het eigenlijk nog wel moeten meenemen natuurlijk.

Op deze manier betaalt de burger mee aan de meerprijs die veehouders maken om hun producten (ook voor de export) diervriendelijker te maken. Dat levert bij de export een grote plus op. Misschien dat bij volgende boerenprotesten ook eens aan dit idee gedacht kan worden? Het alternatief is niet veel beter, dan gaan de dierenwelzijnsnormen gewoon omhoog zonder dat consumenten de meerprijs betalen vermoedelijk.

Hoogachtend,

Jeroom Remmers

Directeur TAPP Coalitie

06 22 40 77 12 

Origineel weergeven